Vrijdag 21 oktober
De voorbije dagen was er een beetje verwarring over het programma: gaan we nu een groep weefsters bezoeken of niet? Het eerste bezoek van vandaag aan AFEDES is dus blijkbaar een bezoek aan de weefsters. Ze brengen een sterk verhaal over de juridische strijd die ze voeren voor een collectief intellectueel eigendom over hun weefsels en hun patronen. De weefsels die zij maken zijn prachtig handwerk, ze weven zulke gecompliceerde patronen dat je bijna niet kunt geloven dat het geweven is. Het lijkt wel borduurwerk. Die patronen zijn uniek van dorp tot dorp en vertegenwoordigen de geschiedenis van hun gemeenschap. Voor de Maya zijn die patroneneen belangrijk deel van hun cultureel erfgoed.
Je hebt vast ook al gemerkt dat je de laatste jaren veel kleren met indigenaprints in de winkel ziet liggen. Die zijn vaak gebaseerd op de weefpatronen van de Maya. De vrouwen van AFEDES lieten een aantal voorbeelden zien hoe de patronen van hun streek soms schaamteloos gekopieerd worden in hele dure mode. Die patronen worden dan geclaimd door de ontwerpers, maar die patronen zijn niet van die ontwerpers, maar komen uit de Mayacultuur van de verschillende gemeenschappen.
Tegelijkertijd worden hun weefsels machinaal geïmiteerd en zo heel goedkoop op de markt gebracht. Die goedkope machinale weefsels zijn gemaakt om weg te gooien, terwijl de handgeweven Güpils (Güpils zijn de bloesjes die zij dragen) net heel erg stevig zijn en gemaakt zijn om heel lang mee te gaan. Het is het typische verhaal van fast fashion: is de modetrend voorbij, dan gooi je het kledingstuk weg, maar voor hen zijn die patronen geen modetrend en gaat een Güpil decennia mee.

In de namiddag waren we te gast bij Doña Sonia. Zij runt met ondersteuning van AFEDES een eigen agro-ecologische groentetuin. We werden rondgeleid in de tuin: er groeien medicinale planten en groenten. Ze proberen ook om planten en groenten aan te passen aan het Guatemalteekse klimaat: de bloemkolen blijven voorlopig nog heel klein, maar bij de chiaplant is het ondertussen gelukt om die aan te passen aan het klimaat en die geeft een goede oogst. Zo’n groentetuin runnen, is natuurlijk extra werk. Door vormingen van AFEDES zijn ze er in het gezin in geslaagd om de traditionele patronen (machismo) te doorbreken, waardoor haar man en haar zonen nu ook helpen in het huishouden en in de groentetuin. Als Doña Sonia enkele dagen van huis is mag ze gerust zijn dat haar ‘mannen’ hun mannetje kunnen staan in het huishouden.
Tijdens de gespreksronde bij Doña Sonia was er ook ruimte voor de Afrikaanse deelnemers om hun modellen van ‘la nouvelle masculinité’ (Rwanda) en ‘la vie de bon ménage’ (Burkina Faso) voor te stellen. Of de Guatemalteekse vrouwen veel meegenomen hebben van deze ideeën weet ik niet; Ze waren vooral geraakt en geïnteresseerd door het officieel bestaan van polygamie in Burkina Faso.

Het bezoek bij Doña Sonia werd afgesloten met een demonstratie van hoe ze zelf shampoo maken, een praktijk die je bij veel vrouwengroepen ziet. Het was voor mij een bevreemdende ervaring die me wel vragen doet stellen of dergelijke praktijken vrouwen echt vooruit helpen of eerder bezigheidstherapie zijn. Eerst brachten ze een groot bad met 16 liter water. Daarna een kleinere ketel van 4 liter met een aftreksel van rozemarijn en een inheemse plant. Dit aftreksel wordt bij het andere water gegoten. Dan voegen ze 3 pakken zout toe (aangekocht), een pak van ongeveer een liter zeepconcentraat (aangekocht, made in China, geen ingrediënten vermeld), een zakje aroma en kleurstof (aangekocht). Het resultaat een sterk verdunde shampoo met een aftreksel van plantjes in verwerkt, dat daarna in plastic flesjes gedaan wordt om te verkopen. Ik kon het niet laten wie hierbij wint: de vrouwen of de producenten van de chemische ingrediënten van de producten? En wat met alles over het respect voor de Pacha Mama?